Preventietips

U kunt schade eenvoudig voorkomen of beperken. Daarom hebben we een aantal preventietips voor u op een rij gezet. 

Hoe voorkomt u brand?

Hier leest u hoe u brand kunt voorkomen, vaak door eenvoudige maatregelen te nemen.

Afvalcontainers
Afvalcontainers vormen een risico voor brandstichting, vooral als ze buiten staan. Om dit risico te verkleinen, kunt u het beste metalen afvalcontainers gebruiken die afgesloten kunnen worden, en deze in een afgesloten ruimte neerzetten. Kunt u ze alleen buiten kwijt? Plaats ze dan zo ver mogelijk van de gevel van uw bedrijfsgebouw af, en niet onder een afdak of luifel. Het liefste op minimaal 10 meter afstand. Zo verkleint u de kans op brandoverslag.

Bedrijfshulpverlening (BHV)
Als ondernemer bent u wettelijk verplicht om bedrijfshulpverlening (BHV) in uw bedrijf te regelen. Afhankelijk van de grootte van uw bedrijf moet u één of meerdere medewerkers aanwijzen als BHV’er. Naast zijn normale werkzaamheden, heeft deze medewerker een speciale cursus gevolgd op het gebied van EHBO, brandbestrijding, ontruiming en communicatie met externe hulpverlening. In noodgevallen kan hij maatregelen nemen om eerste hulp te verlenen of de schade te beperken. Meer informatie over bedrijfshulpverlening vindt u op de website van de Rijksoverheid.

Brandblusmiddelen: aanschaf en onderhoud
Als ondernemer bent u volgens de Arbowet verplicht om maatregelen te nemen om brand te voorkomen. Brandblusmiddelen zijn een must. En terecht, want jaarlijks worden veel beginnende branden geblust met brandblussers. Het is belangrijk dat u de brandblusmiddelen in uw bedrijf één keer per twee jaar laat controleren door een REOB-erkende onderhoudsmonteur. REOB staat voor Regeling Erkende Onderhoudsbedrijven Brandbeveiliging. Dit is niet alleen verplicht volgens de Arbo- en milieuwetgeving, ook veel verzekerings-maatschappijen en overheidsdiensten stellen dit verplicht.

De aanwezigheid van brandblusmiddelen is belangrijk, maar uw medewerkers moeten ook weten hoe ze ermee moeten omgaan. Zorg dat uw medewerkers weten hoe ze de brandblusmiddelen moeten gebruiken, bijvoorbeeld door met uw bedrijf een training te volgen.

Brandblusmiddelen: zichtbaarheid en bereikbaarheid
Brandblusmiddelen moeten op ophangbeugels of statieven worden geplaatst op duidelijk zichtbare plaatsen, bij voorkeur op vluchtroutes. Geschikte locaties zijn gangen, trappenhuizen, centrale toegangspunten en dicht bij uitgangen, waar u ze goed kunt bereiken. De bovenkant van het brandblusmiddel moet zich op maximaal 1 meter van de vloer bevinden. Belangrijk: de locatie van het brandblusmiddel moet worden gemarkeerd met een pictogram. Zo zijn ze ook vindbaar voor mensen die minder goed bekend zijn in uw pand.

Brandkasten
Waardevolle eigendommen en documenten kunt u het beste bewaren in een brandwerende kast. Er zijn brandwerende kasten voor papier en voor informatiedragers (zoals CD’s). De kasten zijn zo gemaakt dat de temperatuur in de kast een bepaalde tijd lager blijft dan de temperatuur waarop de inhoud beschadigt. Zo kunt u bijvoorbeeld kiezen voor een brandwerende kast die gedurende één uur uw papier beschermt, door de temperatuur onder 175 graden te houden. Laat de kast bij voorkeur plaatsen door een gecertificeerd bedrijf.

Tip: er zijn ook inbraakwerende kasten (zie de rubriek ‘Inbraak en diefstal’) en kasten die zowel brand- als inbraakwerend zijn.

Brandstichting
Naar schatting wordt 20% van de branden veroorzaakt door brandstichting. Bijvoorbeeld door vandalisme of wraak. Brandstichting levert vaak meer schade op dan een ‘normale’ brand doordat er meerdere brandhaarden zijn. Wilt u weten hoe u kwetsbare punten aan uw bedrijfsgebouw herkent? En hoe u zich het beste kunt beschermen tegen brandstichting? Het Verbond van Verzekeraars heeft in samenwerking met MKB-Nederland een checklist opgesteld die u kunt invullen.

Noodverlichting
Als er brand uitbreekt, wordt het zicht vaak snel beperkt door rookontwikkeling. Terwijl het dan juist belangrijk is dat alle aanwezigen de vluchtroute en nooduitgang zo snel mogelijk kunnen vinden! Zorg er daarom voor dat de vluchtroute in uw bedrijfsgebouw duidelijk wordt aangegeven met noodverlichting. Dit bent u niet alleen verplicht volgens de Arbowet, het is ook van essentieel belang voor alle aanwezigen in uw pand. De noodverlichting moet volgens de Arbowet minimaal één keer per jaar geïnspecteerd worden. Dit kunt u laten doen door het REOB-erkend bedrijf dat ook uw brandblusmiddelen inspecteert. REOB staat voor Regeling Erkende Onderhoudsbedrijven Brandbeveiliging.

Ontruimingsplan en calamiteitenoefening
Een ontruimingsplan beschrijft wie welke actie moet ondernemen in een noodsituatie, zodat uw gebouw zo snel mogelijk ontruimd kan worden. Zo’n plan is verplicht volgens de bouwverordening en het Arbobesluit in de Arbowet. Zorg dus voor een goed ontruimingsplan, en doe jaarlijks een ontruimingsoefening met uw medewerkers, zodat de vluchtwegen en vluchtwegplattegronden bekend zijn. Zorg dat de vluchtroute vrij is en dat (nood)uitgangen altijd snel en gemakkelijk geopend kunnen worden.

Op de website van de Brandweer vindt u meer informatie over de inhoud van een ontruimingsplan en de eisen die hieraan worden gesteld. Het ontruimingsplan moet getoetst worden door de brandweer en de arbeidsinspectie.

Rookruimte, vlamdovende afvalbakken en asbakken
Heeft u een rookruimte in uw bedrijfsgebouw? Gebruik daar dan vlamdovende afvalbakken en veiligheidsasbakken. Een vlamdovende afvalbak heeft een metalen deksel. Als er een brand ontstaat in zo’n afvalbak, wordt de rook door de rand teruggeleid in de afvalbak. Hierdoor ontstaat een gebrek aan zuurstof en gaat de brand vanzelf uit.

Versiering
Maakt u in uw bedrijfsgebouw gebruik van versiering? Gebruik dan brandvertragende versiering. Die is moeilijk brandbaar, heeft geen grote rookproductie en heeft geen druppelvorming bij brand. Deze eigenschappen kunt u terugvinden op de verpakking.

Extra verwarmingselementen
Gebruikt u in de winterperiode extra verwarmingsapparaten? Zorg er dan altijd voor dat die zich ver genoeg bevinden van alle brandbare materialen, zoals gordijnen of papier. Als de afstand te klein is, kan stralingswarmte leiden tot brand. En natuurlijk is het ook van belang de apparaten zo te plaatsen dat niemand ze kan omstoten.

Stekkerdozen en opgerolde kabelhaspels
Als er ergens stroom nodig is, is een verlengkabel of stekkerdoos vaak snel gepakt. Maar al gauw ligt er zo een hele verzameling aan snoeren en stekkerdozen. Hierdoor ontstaat het risico van overbelasting van het elektriciteits-systeem. Dit vergroot de kans op brand aanzienlijk. Sluit dus niet te veel zware apparaten op één stekkerdoos aan. Zo voorkomt u doorbranden, kortsluiting en brand. Gebruikt u ook kabelhaspels? Rol deze dan altijd helemaal uit. Zo voorkomt u oververhitting.

Hoe voorkomt u schade door elektra?

Hieronder leest u tips om schade te voorkomen en de gevolgen ervan te beperken.

Elektrische apparatuur en back-ups
Bijna alle bedrijven zijn afhankelijk van elektrische apparatuur. Het uitvallen van de elektriciteit, een brandschade of overspanning leidt vaak tot grote problemen. Denk bijvoorbeeld aan het uitvallen van computers of kassasystemen. De continuïteit van uw bedrijf is afhankelijk van de beschikbaarheid en het functioneren van deze elektrische apparatuur. Maak daarom voldoende back-ups van uw administratie. U kunt ook een draaiboek maken. Zo brengt u uw bedrijf na een schade zo snel mogelijk weer op orde. Check ook regelmatig of de gekozen back-upprocedure ook echt werkt.

Elektrische installatie
Uw elektrische installatie moet voldoen aan de norm NEN 3140 (of NEN 1010 bij nieuwbouw). NEN staat voor Nederlandse Norm. Een fout of storing in de elektrische installatie is namelijk een van de grootste oorzaken van brand. Daarnaast kan de combinatie van stof, vuil en de warmte van elektriciteit brand veroorzaken. Houdt de ruimte van uw elektrische installatie dus vuil- en stofvrij. En laat uw elektrische installatie eens in de drie jaar controleren door een erkend elektrotechnisch installatiebedrijf. 

NEN 1010
De NEN 1010 geeft richtlijnen voor de technische eisen waaraan een elektrische installatie moet voldoen. Een inspectie is een onderdeel daarvan, onder meer om te bepalen of het gebruikte elektrisch materieel voldoet aan de eisen en is geïnstalleerd volgens de wettelijk voorgeschreven norm. Deze norm is een onderdeel van het Bouwbesluit.

NEN 3140
De NEN 3140 geeft veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties. Hierin worden onder andere de inspectie en het onderhoud van elektrische installaties, apparaten en toestellen beschreven. Ook wordt exact beschreven hoe een inspectie moet worden uitgevoerd, zodat schade aan personen en zaken wordt voorkomen. Door te werken volgens de richtlijnen van de NEN 3140, kunt u voldoen aan de eisen die de Arbowet stelt aan elektrische installaties

Hoe voorkomt u inbraak en diefstal?

Hieronder leest u welke maatregelen u kunt nemen om inbraak en diefstal te voorkomen.

Inbraakalarm: doormelding naar de alarmcentraleEen goed inbraakalarm is belangrijk, maar de opvolging ervan is net zo belangrijk. Hiervoor moet uw inbraakalarm zijn aangesloten op een particuliere alarmcentrale (PAC). Deze centrale waarschuwt de sleutelhouder of het beveiligingsbedrijf. Zij bezoeken het gebouw om te controleren waarom het alarm is afgegaan. Bij het afsluiten van een brandverzekering stellen de meeste verzekeraars een inbraakalarm met een doormelding naar een PAC verplicht.    

Inbraakalarm: installatie en onderhoudAls u een inbraakalarm heeft, wilt u natuurlijk dat deze goed blijft functioneren. Zorg er daarom voor dat uw installatie geïnstalleerd en onderhouden wordt door een VEB- of BORG-erkend installatiebedrijf. VEB staat voor Vereniging Europese Beveiligingsbedrijven. Zo weet u zeker dat uw installatie aan alle eisen voldoet. Bovendien heeft  u de zekerheid dat de installateur deskundig is.

Beveiligingsregels opstellenOm inbraak te voorkomen, moet u ook organisatorische maatregelen nemen. Daarom geven we u enkele tips.

  • Stel huisregels op. Hierin staat bijvoorbeeld wie in welke ruimte mag komen.
  • Zorg voor een gebruikersinstructie en pincodes voor gebruikers van het inbraakalarm.
  • Loop na sluitingstijd een vaste ronde door het gebouw. Controleer of alle ramen en deuren gesloten zijn en of het inbraakalarm aan staat.
  • Maak duidelijke afspraken over wie het pand afsluit (en wie de vervanger is).
  • Registreer wie een sleutel heeft en stel een meldingsplicht in bij het verlies van een sleutel. Zie ook het onderwerp ‘sleutelbeheer’.
  • Stel al uw medewerkers op de hoogte van de beveiligingsregels.

Beveiligingsverlichting
Inbrekers worden niet graag gezien. Daarom is het verstandig om beveiligingsverlichting langs de buitenkant van uw bedrijfsgebouw te plaatsen. Plaats deze vooral bij deuren, ramen en opklimmogelijkheden. U kunt ook ‘schrikverlichting’ gebruiken. Deze wordt ingeschakeld door een detector of het inbraakalarm.    

Hang- en sluitwerk: SKG-keurmerkOm de kans op inbraak te verkleinen, is het belangrijk dat uw bedrijfsgebouw goede sloten heeft, vooral op uw ramen en deuren op de begane grond. De beste sloten zijn sloten die voldoen aan het SKG-keurmerk met minimaal 2 sterren (SKG**). Onderzoek toont aan dat zelfs inbrekers met uitgebreid gereedschap zeker 10 minuten buiten worden gehouden met SKG**-sloten. SKG staat voor Stichting Kwaliteit Gevelbouw. Dit is een onafhankelijke organisatie die beveiligingsproducten test en ze aan de hand daarvan in categorieën indeelt met betrekking tot de inbraakwering.

Inbraakwerend glas en metalen rolluiken/hekkenDoor gebruikmaking van inbraakwerende beglazing of metalen rolluiken/rolhekken bereikt u dat inbrekers meer moeite moeten doen om uw bedrijfspand te betreden. Plaats rolluiken bij voorkeur inpandig in uw bedrijfspand en niet aan de buitenzijde van uw bedrijfspand. Zo moeten inbrekers eerst door het glas heen komen. De glasbreukmelders van het inbraakalarm signaleren een inbraak voordat de inbrekers uw bedrijfsruimte kunnen betreden. Een bijkomend voordeel daarvan is dat u een kwalitatief lichter rolluik kunt laten plaatsen, wat scheelt in de kosten. 

Inbraakwerende kluisEen inbraakwerende kluis zorgt ervoor dat uw waardevolle zaken het beste worden beschermd tegen diefstal. Zorg ervoor dat de kwaliteit van de kast in overeenstemming is met de waarde van de goederen die zich daarin bevinden (zogenaamde ‘waardeberging’). De kluis dient geplaatst te worden volgens de normen van de leverancier. Let op een juiste verankering, zeker als de kluis minder weegt dan 1.000 kilo. Plaats de kluis bij voorkeur in een ruimte waar ook een inbraakalarm actief is.

MistgeneratorEen mistgenerator geeft een prima bescherming van uw waardevolle zaken bij een inbraak. Een mistgenerator spuit de ruimte vol met witte mist zodra het alarm afgaat. De mist is onschadelijk voor uw spullen, maar zorgt er wel voor dat indringers helemaal niets meer kunnen zien. Zo voorkomt u dat ze uw spullen meenemen. In de Preventiezaak vindt u meer informatie over mistgeneratoren en kunt u ze aanschaffen.

SleutelbeheerGoede sloten zijn niet veel waard als iedereen aan de sleutels kan komen. Daarom is goed sleutelbeheer noodzakelijk. Zorg ervoor dat alleen bevoegde personen een sleutel hebben, en dat reservesleutels goed worden opgeborgen in een sleutelkast. Het is ook verstandig te registreren wie een sleutel heeft en een meldingsplicht in te stellen bij het verlies van een sleutel. 

Veiligheidsscan voor kleine bedrijven
Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) is in opdracht van het ministerie van Veiligheid en Justitie gestart met ‘aanpak Veiligheid Kleine Bedrijven (VKB)’. Als u een klein bedrijf heeft (maximaal 5 vestigingen, met ieder maximaal 10 medewerkers – fte’s) kunt u gratis een veiligheidsscan laten uitvoeren. Als u als ondernemer op basis van de veiligheidsscan investeert in veiligheidsmaatregelen, krijgt u bovendien de helft van uw kosten vergoed, tot een maximum van € 1.000,-.

Hoe voorkomt u lekkage en waterschade?

Hieronder leest u hoe u door eenvoudige maatregelen lekkage en waterschade kunt voorkomen.

Dak, goten en afvoeren
In Nederland regent het regelmatig, en vaak ook behoorlijk hard. En in de winter is er kans op sneeuw.  Dat kan ertoe leiden dat water binnenkomt via het dak of overlopende dakgoten. U kunt veel overlast voorkomen door het dak, de goten en afvoeren van tijd tot tijd te inspecteren, zeker bij platte daken. Ook is het bij platte daken van belang dat de constructie goed is en dat er voldoende overstorten zijn voor het geval de afvoeren de hoeveelheid water niet aankunnen. Als er sprake is van onvoldoende (capaciteit van) overstorten dan is er vaak sprake van een constructiefout, wat gevolgen kan hebben voor de polisdekking. Bij lekkage kan schade beperkt worden door goederen minimaal 10 cm boven de grond te plaatsen, op vlonders.

  • Tip: laat het dak, de goten en afvoeren regelmatig inspecteren, zeker bij een plat dak.
  • Tip: plaats stalen boldraadroosters om verstopping van de regenpijpen te voorkomen.
  • Tip: plaats goederen minimaal 10 cm boven de grond, met behulp van vlonders.
  • Tip: probeer bij zware of langdurige sneeuwval uw daken en dakgoten zo veel mogelijk sneeuwvrij te houden.

Waterslot
Als ondernemer heeft u ongetwijfeld apparaten die continu op het waterleidingnet zijn aangesloten. Een koffieautomaat, waterkoeler of vaatwasmachine bijvoorbeeld. Als de leidingen gaan lekken, kan een waterslot veel waterschade voorkomen. In de gebruiksaanwijzing van het apparaat ziet u hoeveel water er per keer verbruikt wordt. Stel het waterslot op deze hoeveelheid in.

Hoe voorkomt u schade aan auto en lading?

Hieronder leest u hoe u schade aan auto en lading kunt voorkomen, door eenvoudige maatregelen.

Diefstalbeveiliging
Het aantal autodiefstallen is de laatste jaren flink gegroeid. Er worden ook steeds meer verschillende soorten auto’s gestolen. Omdat elektronische beveiligingssystemen steeds vaker worden omzeild, kan een mechanisch slot uitkomst bieden. Bijvoorbeeld het versnellingsbakslot van BearLock. Dit slot blokkeert de versnelling of stuuras, waardoor diefstal vrijwel onmogelijk is. 

Inbraakbeveiliging voor bestelauto’s
Diefstal van werkmateriaal uit bestelauto’s komt vaak voor. Daarom is het belangrijk dat u uw bestelauto goed beveiligt tegen inbraak. Dit kunt u bijvoorbeeld doen met een Carbolt 101 van HB-Pro. Met dit mechanische systeem zijn uw achterdeuren en aanhanger goed beveiligd. U kunt het ook uitbreiden met zijdeurbeveiliging en raamroosters.

Winterbanden bij temperaturen lager dan 7 graden 
Voor de veiligheid is het belangrijk dat de profieldiepte van autobanden minimaal 1,6 mm is. Van oktober tot en met maart is het bovendien raadzaam om winterbanden onder uw bedrijfsauto’s te plaatsen. Deze banden hebben meer grip op natte en koude wegen bij een temperatuur onder de 7 graden. In Nederland is het gebruik van winterbanden niet bepalend voor de aansprakelijkheid bij een ongeval, maar het zachtere materiaal en andere profiel zorgen wel voor meer veiligheid. En dat is belangrijk voor uw medewerkers.

Ster in uw voorruit 
Het is belangrijk om een ster in de voorruit altijd snel te laten reparen. Niet alleen omdat een ster het zicht kan belemmeren maar ook omdat airbags en de kooi-constructie van uw auto alleen goed functioneren als de voorruit helemaal in orde is.

  • Tip: als u voldoende afstand houdt van andere auto’s is de kans veel kleiner dat er een steentje tegen uw voorruit springt.
  • Tip: heeft uw ruit toch een sterretje gekregen? Plak daar dan een sticker op en neem zo snel mogelijk contact op met een bedrijf dat is aangesloten bij bijvoorbeeld Glasgarant of Carglass. Zij repareren uw ruit, zodat deze niet breekt. 

Zijn uw bedrijfsauto’s winterklaar? 
Zeker in de winter moeten uw bedrijfsauto’s helemaal in orde zijn. Let dan vooral ook op uw ruitenwissers, airco (ontwaseming) en (winter)banden. Bovendien kunt u onderstaande tips gebruiken om de kans op problemen verder te verkleinen.

  • Parkeer bedrijfsauto’s zo veel mogelijk binnen. Parkeert u ze toch buiten? Dek dan de ruiten af, waardoor u niet hoeft te krabben en er geen kans is dat u de ruiten beschadigt.
  • Zorg voor voldoende antivries in de koelvloeistof en ruitenwisservloeistof.
  • Zorg voor goed afgestelde verlichting. Schakel de verlichting ook overdag aan, zeker als het donker is of de zon laag staat. Andere weggebruikers zien u dan veel eerder.
  • Smeer de rubbers (vooral bij de deuren) in met talkpoeder of spuit siliconenspray. Zo voorkomt u vastvriezen.
  • Zorg ervoor dat u altijd een ijskrabber heeft, en een middel bij de hand heeft om sloten te ontdooien (plaats dit niet in de auto!).
  • Probeer nooit om uw ruit te ontdooien met heet water, want dan kan die barsten.
  • Als u moet krabben, laat de motor dan niet draaien. Dat is niet goed voor het milieu en leidt tot slijtage van uw motor.

Hoe voorkomt u storm- en vochtschade

Hieronder leest u hoe u storm- en vorstschade kunt voorkomen, door het nemen van een aantal maatregelen.

Inspectie van bedrijfsgebouw
Een storm kan voor veel schade zorgen. Gelukkig kunt u met goed onderhoud problemen voorkomen. Niet alleen wat uw gebouwen betreft; ook een ‘zieke’ of slecht onderhouden boom kan veel schade veroorzaken als die omwaait. Na afloop van de storm is het altijd raadzaam om uw bedrijfsgebouw te inspecteren. Is er schade, geef dit dan door aan uw verzekeringsadviseur. Snel herstel zorgt ervoor dat gevolgschade, bijvoorbeeld door lekkend water, voorkomen wordt.

  • Tip: laat het gebouw regelmatig inspecteren en zorg voor goed onderhoud.
  • Tip: als uw dak beschadigd raakt, is het belangrijk snel te reageren. Plaats een afdekzeil of leg weggewaaide dakpannen terug.

Impregneren van gevels
Als het langere tijd vriest, kunnen vooral oudere gebouwen schade oplopen. Grote verschillen in temperatuur kunnen bijvoorbeeld scheuren of barsten veroorzaken, doordat het vocht dat in de muren zit uitzet en inkrimpt. Als de voegen beschadigd raken bestaat zelfs het gevaar dat een pand instort.

Als u de gevels laat impregneren, geeft u vocht geen kans. Het kan dan niet meer naar binnen, maar de muur blijft nog wel naar buiten toe ‘ademen’.

  • Tip: vraag een expert om uw pand en de gevels te inspecteren.
  • Tip: laat uw buitenmuren impregneren.

Hoe zorgt u voor veilige werkomstandigheden?

Hieronder leest u een aantal tips die u helpen met het realiseren van een veilige werkomgeving.

Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI&E)
Heeft u medewerkers in dienst? Dan bent u verplicht om een RI&E op te stellen. Een RI&E beschrijft de veiligheids- en gezondheidsrisico’s binnen uw bedrijf. En welke maatregelen u neemt om deze risico’s te verminderen. Meer informatie over de wetgeving over RI&E vindt u op de website van de Rijksoverheid. Op de website van RI&E steunpunt vindt u meer informatie voor het maken van een RI&E, zoals een stap-voor-stap handleiding. Ook vindt u hier RI&E-instrumenten die u helpen bij het opstellen van een RI&E, specifiek voor bedrijven in de volgende branches:

Beroepsziekten
Een beroepsziekte is een blessure of ziekte die het gevolg is van belasting die voornamelijk ontstaat door werk of werkomstandigheden. Dit tast niet alleen de gezondheid aan, maar kan ook de productiviteit van een bedrijf beïnvloeden. Daarom is het belangrijk om alert te zijn en zo nodig maatregelen te nemen. Ga voor meer informatie naar de websites van:

Wilt u weten wat Assurantiekantoor van der Goes voor u kan betekenen? Maak dan vrijblijvend een afspraak op 023-5256825 of mail naar info@vd-goes.nl.